14/07/2025 Sorry Gemeenschap!
Het waren de woorden waarmee Mr. de President van de Republiek Colombia GUSTAVO FRANCISCO PETRO URREGO in naam van de Staat zich richtte tot meer dan 28 jaar van geschiedenis gebouwd op lijden en dood, gebouwd op herinnering van het bloedvergieten van onze geliefden, maar ook op het leven dat elke morgen bij elke hartslag bloeit als voorbeeld van Geweldloos Verzet aan andere culturen en volken.
Meer dan een maand na de akte van nationale en internationale erkenning die de Regering van President Petro aan onze Vredesgemeenschap en haar bevolking deed op 5 juni 2025, een daad ter ere van honderden vernietigende levens, bloedvergieten van onze broers en zusters in de heuvels van het district van San José de Apartadó, dat nog steeds niet ophoudt, doen we een beroep op de mensheid en de geschiedenis om getuigenis af te leggen over nieuwe feiten die de burgerbevolking van onze omgeving en van onze Vredesgemeenschap belagen.
Op maandag 5 mei 2025 volgde een bekende paramilitair gedurende verschillende minuten een lid van de interne Raad op het moment dat die zich met internationale begeleiders naar het gehucht Mulatos Medios begaf.
Op woensdag 7 mei 2025 drong een bekende paramilitair, onwetendheid veinzend, overdag onze privé-eigendom Vredesgehucht Rigoberto Guzmán binnen in het gehucht La Unión. Daar verbleef hij enkele minuten. Nadien trok hij zich terug uit deze plaats.
Op donderdag 8 mei 2025 rond 2 uur werden verschillende schoten gehoord in het dorpscentrum van San José de Apartadó. Gewapende paramilitairen waren het die deze schoten losten, ondanks het feit dat er zich op dit moment een militaire basis bevindt en een bunker van de Nationale Politie, zonder dat hun aanwezigheid ook maar iets betekent. De feiten spreken voor zichzelf.
Dezelfde donderdag 8 mei 2025 toonden paramilitairen hun woede voor de laatste getuigenis (constancia) door de Vredesgemeenschap. Ze kondigden aan: “deze hoerenjonggemeenschap moet worden verwijderd” omdat ze volgens hen een overlast vormt op het grondgebied.
Op dinsdag 13 mei 2025 kondigde een paramilitair met alias MARTÍN, die controle uitvoert in het dorpscentrum van San José, aan dat hij een lijst bezat van verschillende personen, waarop hij zou overgaan om hen via mobiele telefoon in kennis te stellen van boetes of sancties voor het niet opvolgen van richtlijnen of orders van de paramilitairen. Hij bevestigde dat wie de boete niet betaalt de gevolgen op zich moet nemen. Hij kondigde daar aan dat alles georganiseerd is met een persoon die belast is met het uitvoeren van de rondes voor de paramilitairen. Het is bekend dat reeds meer dan 11 personen effectief een inning of afpersing voldeden voor het niet nakomen van de orders van de paramilitairen. Anderen moesten de zone verlaten omwille van doodsbedreigingen.
Op vrijdag 16 mei 2025 rond 21 uur schond een gewapende groep, die zich identificeerde als militairen, onze privé-eigendom San Josecito door onze leefruimten en woningen binnen de nederzetting te omsingelen. Men vernam dat het Ministerie van Defensie deze illegale actie ontkende, door te beweren dat op geen enkel moment zulke situatie zich zou hebben voorgedaan. De schande springt eruit als totale brutaliteit.
Op maandag 19 mei 2025 benaderde een bekende paramilitair enkele huizen in Mulatos Medios, om informatie in te winnen over de activiteiten van de leden van de Gemeenschap in het Vredesgehucht Luis Eduardo Guerra.
Diezelfde maandag 19 mei 2025, werd een lid van de Interne Raad onderschept door een paramilitair die aankondigde: “de baas wachtte je op”.
Op dinsdag 20 mei 2025 vertoonde de bekende paramilitair Agripina zich met een communicatieradio ten aanzien van de humanitaire commissie van de Vredesgemeenschap en van het Kantoor van de Ombudsman, die een rondgang maakte door de o.a. de gehuchten Mulatos en La Resbalosa.
Op vrijdag 23 mei 2025 raadpleegde een bekende paramilitair verschillende bewoners van de zone, met de vraag of een vrouw, lid van onze Vredesgemeenschap, zich alleen bevond in het Vredesgehucht Luis Eduardo Guerra.
Dezelfde vrijdag 23 mei 2025, waren vier paramilitairen in de namiddag aanwezig in het Vredesgehucht Luis Eduardo Guerra.
Op zondag 25 mei 2025 werden we in kennis gesteld van doodsbedreigingen tegen een boer van het gehucht Mulatos Medios.
Op woensdag 4 juni 2025 overdag onderschepte een bekende paramilitair, die controle uitoefent in het punt dat bekend staat als Chontalito, een lid van onze Gemeenschap met de dringende vraag van waar hij kwam en wanneer hij terugkeerde of langs deze plek passeerde.
Op donderdag 5 juni 2025 overdag bereikten ons doodsbedreigingen tegen José Roviro López , lid van onze Interne Raad en coördinator van het Vredesgehucht Luis Eduardo Guerra. Het bevel is dat ze hem niet meer willen zien in het gehucht Mulatos.
Dezelfde donderdag 5 juni 2025 bereikte ons informatie waarin erge bedreigingen tegen een bewoner van de zone werden aangekondigd, waarin stond dat ze zijn zaak zouden voorleggen aan de paramilitaire commandanten die extreme maatregelen tegen hem zouden nemen omdat de boer ervan beschuldigd wordt een sapo1 of informant te zijn die info verschaft aan de Vredesgemeenschap.
Op deze donderdag 5 juni 2025 werd een officiële plechtigheid van nationale en internationale erkenning tegenover de Vredesgemeenschap gehouden, een plechtigheid voorgezeten door de Heer President van de Republiek Colombia Gustavo Petro Urrego, waarin hij in naam van de Colombiaanse Staat publieke verontschuldigingen aanbood voor zoveel schande en barbaarsheid, die reeds meer dan 1.810 misdaden tegen de menselijkheid, in meerderheid bedreven door staatsorganen tegen ons proces van Geweldloos Verzet, overtreft. In zijn tussenkomst uitte Mr. de president zijn ongenoegen over het niet aanwezig zijn van zijn presidentieel cabinet op deze plechtigheid, terwijl hij onze Vredesgemeenschap het voorstel nalaat dat in een plechtigheid van deze omvang de drie takken van de publieke macht en zijn presidentieel kabinet aanwezig moesten zijn en hij motiveert ons om ze op dat niveau bijeen te roepen. Mr. President de Vredesgemeenschap had niet alleen een lijst gestuurd met de ambtenaren van uw presidentieel kabinet, uw verschillende ministeries, ambtenaren van verschillende agentschappen van de regering, maar ook een lijst met de leden van de militaire leiding en de hoge bevelhebbers die ze voorzitten. Mr. President op dezelfde wijze hadden we in de lijst de Magistraten van de Hoogste Colombiaanse Gerechtshoven, ambtenaren van de wetgevende macht, en alle controleorganen opgenomen, die nooit opdaagden. Het verbaasde ons dat deze hoge ambtenaren zowel van de nationale regering als van andere machten van de staat niet aanwezig waren, maar het verbaasde ons nog meer dat we tot op heden niet de motieven kennen waarom ze niet aanwezig waren.
Op vrijdag 6 juni 2025 overdag toen de groep van de Gemeenschap, die terugkeerde uit de stad Bogotá, na hun deelname aan de plechtigheid van verontschuldiging door President Petro voor alle barbaarsheden bedreven tegen onze Gemeenschap, werden ze op de luchthaven ‘Los Cedros’ van Apartadó door verschillende individuen, die niet verborgen, dat ze verschillende leden van onze Gemeenschap waaronder de Wettelijk Vertegenwoordiger Germán Graciano als hun doelwit identificeerden, beboet.
Op vrijdag 6 juni 2025 gebruikte de bekende paramilitair Adolfo Guzmán van het gehucht La Unión de publicaties van de krant ‘La Chiva de Urabá’ over het moment van boetedoening en publieke verontschuldigingen door de president van de republiek, om onze Wettelijke Vertegenwoordiger Germán Graciano te stigmatiseren, door te zeggen: “Petro guerrillero evenals hij die hem omarmt”.
Op zaterdag 7 juni 2025 drong men op illegale wijze met gele machinerie binnen in het stuk grond La Roncona, privé-eigendom van onze Gemeenschap om alluviaal materiaal te delven.
Op zondag 8 juni 2025 werden we verwittigd, dat paramilitairen aankondigden dat ze onze families van de Vredesgemeenschap, die gevestigd zijn in het Vredesgehucht Luis Eduardo Guerra, met inbegrip van José Roviro López, lid van de Interne Raad, die de paramilitairen niet meer willen zien in de canyon van Mulatos, zouden verwijderen.
Op dinsdag 10 juni 2025 dringt er opnieuw een kiepkar en gele machinerie het stuk grond La Roncona, privé-eigendom van onze Vredesgemeenschap binnen. We leggen getuigenis af dat deze extractie van alluviaal materiaal totaal illegaal is. Evenwel, zoals wij zoveel keren deze illegale exploitatie hebben geweigerd, even zo veel keren was het antwoord van de binnendringers dat ze de ganse toelating hebben van hen die het commando voeren in het territorium.
Op woensdag 11 juni 2025 probeerde DARWIN USUGA, bewoner van het district en die buiten het territorium woont, om ijverig te communiceren met een leider van onze Gemeenschap, met de mededeling dat hij over informatie beschikte om ons aan te bieden over de daders van de moorden op Nallely Sepúlveda en Edinson David op 19 maart 2025 in het gehucht La Esperanza.
Op donderdag 12 juni 2025 zag men overdag een groep paramilitairen met camouflagekleding en zware wapens langs onze privé-eigendom La Cabaña in het gehucht La Esperanza passeren.
Op donderdag 19 juni 2025 werd in de gemeente Argelia, departement Antioquia, de bewoner DARWIN USUGA GRACIANO, afkomstig uit San José en zoon van Gilma Rosa Graciano, gefolterd en vermoord op 30 maart 2002 door paramilitairen, vermoord. Deze jonge boer was reeds herhaaldelijk door paramilitairen met de dood bedreigd in San José de Apartadó. Vanwege de ernstige bedreigingen had Usuga de streek verlaten om zijn leven te redden.
Op woensdag 25 juni 2025 kondigden bekende paramilitairen aan dat de toegang van het Nationaal Agentschap voor Gronden (ANT)tot het grondgebied van de canyon van Mulatos, La Resbalosa, La Hoz en de overige gehuchten van deze streek, werd opgeschort. Met het argument dat de vorige dagen dit Agentschap was binnengetrokken met personeel van de militaire inlichtingendienst.
Op vrijdag 27 juni 2025 werd bij de 13de verjaardag van zijn heengaan onze kameraad en gemeenschapsleider Eduar Lanchero herdacht. We gedenken en koesteren zijn gedachtenis. Zijn strijd en toewijding hebben ons een grote nalatenschap van engagement en opbouwen van vrede nagelaten. Een strijd die hij juist zelf besliste aan te gaan ondanks de veelvuldige bedreigingen en vervolging die hij in zijn leven ontving.
Op vrijdag 27 juni 2025 benaderde een bekende paramilitair een minderjarig lid van onze Gemeenschap in het gehucht Mulatos om zich ervan te vergewissen welke persoon de grootste beslissingsmacht heeft binnen de Vredesgemeenschap: Germán Graciano of José Roviro López, bieden lid van de Gemeenschap en van de Interne Raad.
Op donderdag 3 juli 2025 benaderden sommige bewoners van de streek de Vredesgemeenschap en ze deelden met ons de onvrede over de regels opgelegd door het paramilitarisme in de regio. Ze leggen de boerenbevolking beperkingen op bij het bewerken van gebieden voor landbouwgebruik tot maximum twee hectares, terwijl zij bergen en bossen slopen om die nadien te gebruiken voor veeteelt.
Op dinsdag 8 juli 2025 was een commissie samengesteld door de Vertegenwoordiger van de Kamer Pedro Baracutao García aanwezig in de sector het best bekend als Caseta del Cuchillo, van het district van San José de Apartadó. Zijn aanwezigheid werd op sociale media gedeeld. In deze publicatie vraagt hij investeringen van de uitvoerende macht in verschillende sociale gebieden op het grondgebied, waaronder de noodzaak van het aanleggen van tertiaire wegen met het argument van de primordiale noodzaak voor de boerenproductoren om hun producten van het platteland te kunnen vervoeren. Baracutao- Weet gij dan niet dat in het districtshoofd van San José de paramilitairen de boeren verbieden om meer dan twee (2) hectares grond te verbouwen? Maakt gij campagne voor de aanleg van illegale wegen in het district van San José de Apartadó dat DMI2 werd verklaard, wat het tot een zone maakt van milieubelang? Gelooft gij dat de aanleg van een weg de problemen en noden van het district van San José de Apartadó oplost? Misschien gebruikt gij die behoefte als afleiding van de echte noden die de bevolking lijdt in de verschillende gehuchten van het district?
Op dezelfde dinsdag 8 juli 2025 herdacht onze Gemeenschap het afschuwelijk bloedbad 25 jaar geleden van zes van onze broers die afgeslacht werden voor het oog van hun kinderen en van hun gemeenschap door paramilitaire legerscharen verbonden met en ondersteund door de militaire autoriteiten zoals duidelijk blijkt uit verschillende vonnissen en gerechtelijke processen.
Op vrijdag 11 juli 2025 kregen we nieuwe doods- en uitroeiingsbedreigingen tegen onze Vredesgemeenschap. Bedreigingen tegen Germán Graciano Posso, Wettelijk Vertegenwoordiger, en andere leden van de Interne raad. Bij deze bedreigingen verwittigden dat ze niet zouden instaan voor het leven van wie het durft informatie te geven aan de Gemeenschap over wat zij bespraken in de regio.
Op 6 juli 2025 namen we afscheid van het lichaam van Ricardo Quintero, lid en stichter van de Vredesgemeenschap, die stierf nadat hij aan een ernstige ziekte leed, die een einde maakte aan zijn leven (letterlijk ‘ademen’).
Zijn ademen stopte en het kloppen van zijn hart hield op, maar niet zijn dromen en die van velen die ons fysiek achterlieten, maar hun woorden en aanmoediging zullen altijd aanwezig blijven bij elke stap in ons leven.
Bedankt Ricardo om ons zoveel te leren, uw overtuigingen waren onwrikbaar tot het einde.
1Sapo is letterlijk pad (dier) en figuurlijk gaat het over een informant of verklikker
2DMI = Distrito de Manejo Integrado: Beschermde zone waarbij men probeert de bescherming van ecosystemen te combineren met het duurzaam gebruik ervan door lokale gemeenschappen.
19/02/2025 De strategie van uitroeiing tegen ons is absoluut niet bescheiden
Opnieuw richt onze Vredesgemeenschap van San José de Apartadó zich tot de mensheid en de geschiedenis om getuigenis af te leggen over nieuwe feiten van agressie, die zich geconcretiseerd hebben in herhaalde dreigementen van uitroeiing tegen ons proces van solidair te leven, koppig vasthoudend aan de bestemming van op weg te gaan naar de voortdurende opbouw van een meer rechtvaardige wereld.
Al geruime tijd proberen de instellingen van de Colombiaanse Staat, gesteund door de massa informatiemedia, het land en de wereld te overtuigen dat er in Colombia geen paramilitaire groepen meer bestaan.
Die gewapende structuren, die niet wettelijk erkend zijn, ofschoon ze in het geheim samenwerken met alle instellingen en de meest gedurfde straffeloosheid genieten vanwege het gerechtelijk apparaat, want hun rol bestaat erin systematisch misdaden te bedrijven, die de mensheid met de grootste gruwel heeft verafschuwd, vertoonden zich publiekelijk in het verleden als gezellen en beschermelingen van de publieke strijdkrachten, terwijl ze zonder enige schaamte hun eigen uniformen, ruimtes en bewegingen gebruikten, en als vrienden en getolereerd door ondernemers en massacommunicatiemedia.
Maar in de mate dat hun misdaden door internationale rechtbanken veroordeeld werden en hun band met de Staat en het establishment onmogelijk te verbergen was, ontwierpen ze een andere modus operandi, gebaseerd op gecamoufleerde banden met de instellingen, met de ondernemerswereld en met de massa informatiemedia. En gebaseerd op geheime financiering van hun actoren en medeplichtigen door middel van de steun van de drugsmaffia, en op de aanname van ANONIMITET als methode om hun criminaliteit te verbergen.
Binnen deze parameters was het bijvoorbeeld mogelijk dat de CLAN DEL GOLFO, paramilitaire structuur afkomstig uit Urabá, die zijn oorsprong heeft in het gehucht Playa Larga van San José de Apartadó, vandaag beschermd wordt door een burgerbevolking en door regionale staatsinstellingen die haar toelaat praktijken aan te nemen, die in het Strafwetboek als zware delicten worden bestempeld, maar die zij in de routinematige tolerantie hebben geacclimatiseerd als “normale praktijken”, die niemand meer in vraag stelt en geen enkel controleorganisme, noch het Openbaar Ministerie, noch de Politie, noch het leger, noch het Kantoor van de Procureur, noch het Kantoor van de Ombudsman durft zich hiermee bezig houden, omdat ze wantrouwend zouden zijn tegenover de echte machten die hier heersen.
Dank zij deze acclimatisering van de misdaad, is de dagelijkse uitoefening van deze misdaadpraktijken, die duidelijk getypeerd worden in het Strafwetboek, “NORMAAL” geworden. Voor wie bekend is met de wetten en de structuur van het Colombiaanse constitutionele systeem, is dit in strijd met de grondwet en de wetten. Zo maar een groep burgers, niet verkozen via grondwettelijke procedures, kan zich niet de autoriteit toe-eigenen om op deze manier te regeren over wie ze maar willen, kan geen regels uitvinden, ze opleggen, economische bijdragen eisen, sancties opleggen en minder nog met straffen van verbanning of moord, land en goederen in beslag nemen, wapens gebruiken, patrouilleren in territoria met wapens en zo hun wil opleggen. En ze gaan zo ver dat ze beschikken over het leven van wie hen weigeren te gehoorzamen, na hun toevlucht te hebben genomen tot allerlei vormen van intimidatie, en dat allemaal in de naam van een ideologie van de elite of van een “ordening”, die niet verenigbaar is met de rechten en waarborgen, die ooit waren vastgelegd in een grondwettelijke kaderwet, die ondanks de tientallen hervormingen op verzoek van een economisch bevoorrechte en corrupte elite, nog steeds enkele juridische basisbeginselen handhaaft.
Wanneer men voortdurend getuigenissen ontvangt van plattelands- of stadsbewoners, die punctueel de misdaden beschrijven die de permanente praktijk uitmaken van de paramilitairen, wordt om het even wie doodsbang bij het openen van het Strafrechtboek en bij het ontdekken dat minstens 35 artikelen hiervan het criminele gedrag beschrijven dat deel uitmaakt van het dagelijks leven van de paramilitairen en dat de rechterlijke macht zich niet in het minst bezighoudt met het onderzoeken, vervolgen en bestraffen hiervan, en dat de rest van de staatsinstellingen ook maar enig teken geeft iets te doen om deze wervelwind van misdaden te stoppen, waardoor de grote hoop van de slachtoffers in een compleet gebrek aan bescherming achterblijft. En iets dat nog erger is, zulke criminaliteit wordt beschermd door enorme sommen geld. Tegenwoordig worden de Raden voor Gemeentelijke Actie verleid met ontzaglijke steekpenningen om hen het zwijgen op te leggen en om de plannen van het paramilitarisme op hun grondgebied te ondersteunen.
Het is duidelijk dat de benaming PARAMILITAIREN al zijn etymologische legitimiteit bewaart, want haar beslissende macht is gebaseerd op gewapend - militair – optreden, ofschoon de legaliteit van een dergelijk gebruik van wapens enkel ‘de facto’ is, en niet ‘de jure’ of ‘de derecho’, maar de macht hiervan wordt gegeven door de tolerantie van de instellingen van de legaliteit.
De feiten waarvan we vandaag getuigenis willen afleggen zijn de volgende:
Op maandag 6 januari 2025 kregen we kennis van nieuwe bedreigingen en van een plan om sommige leiders van onze Vredesgemeenschap te vermoorden. Dit plan is ontworpen om het uit te voeren en het nadien te laten begrijpen als een poging om te stelen, waardoor het wordt geïsoleerd van de regionale en lokale context.
Op maandag 13 januari 2025 kreeg onze Gemeenschap kennis van een oproep aan de bewoners van de regio voor een bijeenkomst op 15 januari in het gehucht La Esperanza, van ons district van San José de Apartadó, waar meerdere mensen aanwezig zouden zijn. De centrale kwestie zou zijn: opnieuw de noodzaak aan te kaarten om een weg aan te leggen in het gehucht La Esperanza die tegelijk onze privé-eigendom LAS DELICIAS aantast. We moeten eraan herinneren dat de aanstokers van de weg, reeds geruime tijd, op ons redelijk verzet tegen de aanleg van deze weg, antwoordden met beledigingen, aanvallen, berovingen, vernielingen, het aankondigen van bloedvergieten en de vervulling hiervan in buitengerechtelijke executies, die in maart 2024 werden uitgevoerd. Het lijkt erop dat de aandrang om ons uit te roeien niet ophoudt.
Op zondag 19 januari 2025 benaderde een inwoner van de zone ons om ons te laten weten dat in sommige gehuchten van het district een opeising en uitnodiging aan de burgerbevolking circuleerde, via sociale netwerken en groepen, om ons stuk grond Las Delicias, privé-eigendom van onze Vredesgemeenschap binnen te dringen. Ze bevestigden dat ze het moe zijn op weg te gaan en dat het dringend is dat de weg doorloopt tot La Esperanza. Deze aansporing heeft tot doel opnieuw draden, poorten en hekken te breken en de weg aan te leggen boven iedereen die zich er tegen verzet.
Op vrijdag 24 januari 2025 werden verschillende personen die wonen in de Cañon de Mulatos op een vergadering bijeengeroepen door paramilitairen die controle uitoefenen in de zone. In deze vergadering gaven de paramilitairen te kennen dat het verboden is voedselgewassen te telen op gronden die groter zijn dan 1 hectare. Op dezelfde wijze kondigden ze de tarieven aan of de hoeveelheid geld dat ieder gehucht moet bijdragen aan de aanleg van wegen in de gehuchten. Deze tarieven opgelegd door de paramilitairen schommelen tussen 10 en 30 miljoen pesos (= 226,00 Euro en 678,00 Euros) die door sommige gehuchten verplicht moeten bijgedragen worden aan deze weg. Volgens de paramilitairen zorgen zij voor de machines en de operatoren en de burgerbevolking moet zorgen voor de brandstof van deze machines. De paramilitairen kondigden aan sommige burgers aan dat, in het geval van de Vredesgemeenschap, het bevel luidt dat “dat geen enkele burger zich met de hoerenjonggemeenschap mag inlaten, dat ze alles al afgesproken hadden om ze uit te roeien en van de planeet weg te wissen.”
Op donderdag 30 januari 2025 kreeg onze Gemeenschap kennis van een plan opgesteld door de paramilitairen om onze nederzetting van San Josecito af te branden en deze brand te doen doorgaan als een gewapende binnendringing door een niet-geïdentificeerde groep.
Op woensdag 5 februari 2025 kregen we uitgebreide en voldoende kennis waarbij, in een mededeling, een bekende paramilitair informatie ontving van een derde partij, waarin de bewegingen van GERMÁN GRACIANO, de Wettelijke Vertegenwoordiger van onze Vredesgemeenschap.
Op zaterdag 8 februari 2025 kwam men te weten dat sommige bewoners met banden met het paramilitarisme als argument gebruiken dat de Vredesgemeenschap hen bedreigt om beschermingsprogramma’s aan te vragen bij de UNP (Nationale Eenheid voor Bescherming), onder het voorwendsel dat gewapende groepen vanuit een van onze nederzettingen van de Vredesgemeenschap, zoals deze van San Josecito, vertrekken en operaties uitvoeren die het dorpscentrum van San José treffen en nadien langs de rivier naar beneden gaan en zich verstoppen in onze nederzetting. Een dergelijke belediging kan niet grover en perverser zijn , aangezien veel van onze zorgvuldig bewaakte principes, waarbij zij die ze overtreden worden gestraft, absoluut in strijd zijn met dergelijke smadelijke laster.
Op vrijdag 14 februari 2025 hielden de paramilitairen in het Chontalito-gebied van San José de Apartadó een bijeenkomst met personen met banden met de Raden voor Gemeentelijke Actie van de zone om hun noodzakelijke economische samenwerking voor te stellen voor de aanleg van wegen in verschillende gehuchten van het district, waaronder opnieuw die welke de boerderij Las Delicias van het gehucht La Esperanza, eigendom van onze Vredesgemeenschap, zou doorkruisen, waar het paramilitarisme reeds verschillende mensenlevens had geëist, door ons te verzetten tegen de aanleg van illegale wegen, die het leefmilieu vernietigen, die gepland zijn in dienst van multinationals van de mijnbouw, die aangelegd zijn met buitensporige en illegale belastingen, die uitgevoerd zijn met militaire machinerie in nauwe samenwerking met de planning gedefinieerd door de bevolking die onderworpen is aan het paramilitarisme , zonder enige democratische participatie. Terwijl het paramilitarisme de raden probeerde te overtuigen van deze collaboratie met hun illegale wegenplan, verplichten ze reeds dagenlang in het gehucht La Balsa, op de plek Batea, elk voertuig of moto die tussen Apartadó en San José rijdt, om een buitensporige tol te betalen voor de zogezegde reparatie van een weg, die door de Gemeente in de steek werd gelaten, een reparatie die ook niet geverifieerd kan worden. Geconfronteerd met deze eisen om buitensporige bedragen op te leggen aan de eenvoudige boerenbevolking van San José de Apartadó, voelen veel bewoners angst en beklemming omdat ze zich verplicht zien om aan dit bevel deel te nemen of dat ze anders uit de regio zouden verdreven worden, aldus de paramilitairen.
Op zondag 16 februari 2025, op het moment dat een internationale delegatie binnenkwam in onze gemeenschappelijke nederzetting van San Josecito, stopten drie personen, die zich per moto verplaatsten, recht tegenover onze nederzetting en ze bevestigden “het is pure guerrilla die hier toekomt”.
We delen deze getuigenis met hen die solidair met ons zijn geweest, op het moment dat er 11 maanden zijn verstreken sinds het laatste bloedbad, dat onze Vredesgemeenschap heeft geleden in het gehucht La Esperanza. Wij zijn verontwaardigd over de straffeloosheid, waarin deze nieuwe misdaad tegen de menselijkheid verblijft, omdat ze deel uitmaakt van een systematische macro-misdaad, die nu al 28 jaar straffeloos blijft. De weg die het Openbaar Ministerie heeft afgelegd om dit te onderzoeken, gebaseerd op de klassieke methoden die enkel straffeloze effecten heeft opgeleverd in verschillende decennia, overtuigt ons absoluut niet: het ondervragen en het woedend optreden tegen de slachtoffers en niet tegen de daders; zich steunen op getuigenissen die het meest manipuleerbaar zijn, hetzij door omkoping of bedreiging, en het leveren van zogenaamd technische, maar geïmproviseerde en gebrekkige, bewijzen. Vandaar dat er geen minimum voorwaarden voor onze samenwerking gegeven worden, minder nog wanneer er honderden en honderden gruwelijke misdaden, zonder enige gerechtigheid of opheldering blijven.
Ze zullen een einde kunnen maken aan ons leven, maar nooit aan onze stem die schreeuwt om waarheid te midden van een zee van straffeloosheid.